Welkom! Programmamaker, schrijver en documentair journalist Michiel Driebergen (32) werkt voor Radio 1 en landelijke dag- en weekbladen. Enkele maanden per jaar woont hij in Lemberg / Lviv / Lwów / Lvov (west-Oekraïne), als chroniqeur van de terugkeer van Midden-Europa. Afgelopen jaar verscheen het boek "De Joden van Lemberg". Werkt momenteel aan een boek over de toekomst van Lviv. Luister, huur me in voor een opdracht, of als stadsgids: mdriebergen AT hotmail.com 0038 098 316 3233 of @3bergen

dinsdag 31 mei 2011

Schengen (1)

Het Poolse consulaat in Lviv. Deze mensen wachten op ons. Tenminste, totdat wij ze toelaten. Zij willen werken in Europa. Ze staan hier met soms wel duizend man te wachten – vaak dagenlang, soms ook ’s nachts. Een intellectueel die ik afgelopen jaar interviewde beschreef hoe mensen tot voor kort op het consulaat hun professie moesten ‘bewijzen’. Schrijvers moesten hun boek meenemen, zangers moesten aantonen dat ze een professionele stem hebben, kinderen moesten dansen om te laten zien dat ze echt leden zijn van een dansgroep. Hij vond dat vernederend en mensonterend. Hoe is het nu? Ik ga morgen eens poolshoogte nemen in de rij.

maandag 30 mei 2011

Mentale grens

De grote overwinnaar van de Tweede Wereldoorlog is Joseph Stalin. Dus eiste hij de buit op in Yalta. Polen werd rücksichtslos naar het westen geschoven, ten koste van Duitsland en ten faveure van de Sovjet-Unie. Dit is de oude grens tussen Polen en de Sovjet-Unie - het station van Pidvolochys'k in de voormalige Sovjetstaat Oekraïne. Van een grenspost is weinig te bespeuren, hoewel het station opvallend groot is. De mentale grens is nog wel heel scherp waar te nemen: ten westen van deze plek zijn de mensen katholiek en stemmen ze voornamelijk op Oekraïense nationalisten. Ten oosten is men oosters-orthodox en heeft de meer 'Moskou-georiënteerde' partij het voor het zeggen.

zondag 29 mei 2011

Schulz en Drohobycz

Men vertelde me dat geen enkele Oekraïner Bruno Schulz zou kennen in het hedendaagse Drohobycz. Hij was immers een Poolse schrijver/tekenaar, uit de tijd dat de plaats nog bij Polen hoorde… Maar toen ik zijn naam uitsprak in de plaatselijke boekhandel kwam de hele stad tot leven. Een student leidde me naar zijn huis en de achtertuin – het decor van zijn meesterwerken. Vervolgens werd ik door een literatuur-fanate naar een museumkamer gedirigeerd waar een zeer originele verzameling prenten en manuscripten te zien is. Men spreekt met eerbied over de artiest – en om de twee jaar is er een week lang een Schulz-festival. Daar komen alle Schulzologen bijeen, om zich te buigen over zijn werk.

Bruno Schulz

'We gaan op de stenen rand van de vierkante vijver zitten. Bianca doopt haar witte tenen in het warme water vol gele bladeren en slaat haar ogen niet op. Aan de overkant zit een tengere vrouwengestalte, geheel versluierd. Ik vraag fluisterend naar haar, maar Bianca schudt haar hoofd en zegt zachtjes: 'Wees niet bang, ze luistert niet, dat is mijn gestorven moeder, ze woont hier.' Daarna zal ze me de zoetste, de stilste en de droevigste dingen vertellen. Er zal geen enkele troost over zijn. De schemer zal vallen...'
Uit: "Sanatorium Clepsydra" van de Poolse schrijver en tekenaar Bruno Schulz (Drohobycz, 1892-1942)

zaterdag 28 mei 2011

God en ons

In de Oosterse liturgie zingt de priester veel. Of beter gezegd: hij reciteert. Soms bijna in trans. Ze houden dat lang vol. Zo lang dat het gezang zelfstandig gaat leven – als het ware zichzelf wordt en boven de mensen uitstijgt. Met kracht tilt het de aanwezigen op, omhoog, hoger dan de gouden kandelaars, de duizend kaarsen, de heiligen en het rijk beschilderde gewelf. Totdat het kruisteken de mens weer naar beneden maant; de vier snelle vingers op het lichaam wijzen hem opnieuw de plaats. Het is een verticale verbinding tussen God en ons. De bruid en bruidegom kussen het Heilige Boek en de iconen. Ze worden gekroond. Daarna ging iedereen feesten, feesten, dansen, feesten – tot het ochtendgloren toe.

vrijdag 27 mei 2011

Reyzel kum, kum, kum !

Shteyt zikh dort in gezele, shtil fartrakht a hayzele / drinen oyfn boydn-shtibl voynt mayn tayer reyzele / yedn ovnt farn hayzl drey ikh mikh arum / kh´gib a fayf un ruf oys: reyzel kum, kum, kum !
(vertaling: Steht dort in der Gasse, still verträumt ein Häuschen / Drinnen auf dem Dachboden wohnt mein liebes Rejsele / Jeden Abend vor dem Häuschen dreh ich mich herum / ich pfeife und rufe: Rejsel, komm, komm, komm !)
Foto: de allerlaatste Jiddisch sprekende inwoner van Lviv (Lemberik)- samen met zijn vrouw zong hij "Reyzele" voor ons

donderdag 26 mei 2011

De Natuur

Er ontstaat in oost-Europa vanzelf een heuse ecologische hoofdstructuur. De dorpen sterven uit. De mens geeft de voorkeur aan de stad, op zoek naar werkgarantie, investeringsmogelijkheden en wifi. De oudjes stoken de laatste houtjes op, seizen nog een keer met hun pezige armen het gras… en trekken dan definitief de deur achter zich dicht – krakend hout, piepende scharnieren. Dan zal de natuur wild om zich heen grijpen en zullen hun huizen overwoekerd worden door struiken en bomen. De herten, wilde zwijnen en beren zullen zich onbedreigd voortplanten, en onze wegen gebruiken als glijbanen.
Foto: te koop: huiden, vachten en opgezette dieren (Karpaten)

woensdag 25 mei 2011

Hongaars

Hongarije verloor na de Eerste Wereldoorlog tweederde van hun grondgebied. Maar de Hongaren bleven er gewoon wonen. Dus reis ik dagenlang door Roemenië en Oekraïne maar hoor ik slechts Hongaars spreken. Bij de benzinepomp in de heuvels van Maramureş (Roemenië) groet men met "szia". In Beregovo in de Transkarpaten (Oekraïne) staat de klok op Boedapest-tijd. In het Transsylvaanse Cluj (Roemenië) word ik rondgeleid door Imola, een Hongaarssprekende studente. Op de universiteit is ruzie omdat sommige studenten les willen krijgen in het Hongaars en Roemenen dat blokkeren. "Echt iets voor nationalisten", zegt Imola met een zeker dedain.

dinsdag 24 mei 2011

Feest in Cluj-Napoca

Roemenen zijn zonderlinge zuiderlingen. Nog nooit zag ik een Roemeen chagrijnig kijken. Elke Roemeen die je onderweg tegenkomt, verdenk je ervan onderweg te zijn naar een geheime plek waar een geheim feest plaatsvindt. Het is moeilijk zelf niet per ongeluk in zo'n feest terecht te komen: in het restaurant had de kok -bij gebrek aan klanten- z’n familie maar uitgenodigd, tenslotte is er altijd wel iemand jarig... O ja, en Roemenen zijn ook vernuftig: als je fout parkeert, zetten ze je auto met een magneet- en klik-systeem op een lader. Mag je ‘m weer komen halen met een stapel lei’s in je binnenzak. Kunnen ze weer van feesten!

maandag 23 mei 2011

Europa

Mei in de Bukovina. Het landschap is volledig transparant, helder, zonder schaduwkanten. Via een galante zijdeur “All EU Passports/CD” was ik Roemenië binnengegleden. Geen check van de bagage, geen angst meer voor schofterige politie, niet zigzaggen om de gaten in de weg… Dit is de Europese Unie. Het Grote Beschavingsproject is tot de buitenste randen doorgedrongen. Het is klaar en het is mooi. Ik kijk naar dennenwouden, klaterende riviertjes, schone dorpen, sterke paarden die karren trekken, gebruinde koppen op de bok.
Ik bleef doorrijden tot Vatra Dornei. Daar viel de schemering in. Er zat een donkere nacht aan te komen.

zaterdag 21 mei 2011

Jeruzalem

Tot volgend jaar in Jeruzalem. Die zin sprak de rabbi in het concentratiekamp om het vuur van de hoop brandend te houden. Sharona's vader slaagde erin een paar boeken mee te smokkelen, zoals het alfabet en de Haggada. Dat is het verhaal van de uittocht uit Egypte, met daarin het gebod ‘vertel het aan je zoon’. Sharona vertelt haar verhaal aan haar kinderen en kleinkinderen - en nu dus voor één keer aan de studenten. “Jullie zijn de kleinkinderen van de jongens die me uitscholden op straat en stenen naar me gooiden. Jullie generatie gaat vragen stellen over wat er écht is gebeurd.” Na afloop aten we met haar en namen afscheid van deze Mensen. Tot volgend jaar in Jeruzalem.

een Mens

In één klap werd de rijke joodse cultuur van Galicië weggevaagd. Van de 160.000 joden die aan het begin van de oorlog in Lviv woonden, bleven er 800 over. Daarvan zijn nog slechts een handjevol in leven. Sharona is één van hen - hier op de foto naast haar echtgenote Itzhak, een Poolse overlever. Ze is klinisch psycholoog in Jeruzalem, maar bovenal is ze Mens. Voor het eerst en voor het laatst wilde ze haar verhaal vertellen. Een collegezaal met Oekraïense studenten luisterde ademloos toe. Ze sprak over het verraad, de laatste schreeuw van haar grootmoeder bij de razzia, de Oekraïense buurman die haar redde… maar vooral hoe je Mens blijft in onmenselijke omstandigheden. morgen meer

donderdag 19 mei 2011

Altaar

Iryna’s vader was priester, en dat heeft ze geweten. In zijn vrije tijd organiseerde Pawlo Brytski kleinschalige kerkdiensten in dit huis. Illegaal, want de Oekraïense Grieks-Katholieke Kerk was verboden - daarmee decennialang de grootste ondergrondse kerk ter wereld. En levensgevaarlijk, want een kamer verderop rapporteerde de buurvrouw voor de communisten. Vader werd regelmatig opgepakt, moeder moest voor tien jaar naar een goelagkamp en mocht daarna niet met Iryna wonen. Dit tafeltje fungeerde als altaar tijdens de erediensten. Ze heeft het gelaten zoals toen. Ook haar angst is gebleven: "Op een dag komt de politie, en word ik weggevoerd naar Kazachstan."

Tranen, heel veel

Eindelijk kan het dan. In het voormalige Jiddische theater werd een Pools theaterstuk opgevoerd over het wedervaren van de joden in de Tweede Wereldoorlog. Het publiek mocht er zijn. Hoogwaardigheidsbekleders, bekende bewoners van Lviv, de ambassadeur van Israël was er – en een flink aantal overlevenden van de Shoah. Een heftige uitvoering, met schoten, blaffende SS'ers en een Oekraïense gestapo-agente. Voor het eerst kon het nu en publique op de planken. Het was maar een kleine zaal, maar nooit eerder hoorde ik zo’n lang applaus. En er waren veel tranen, heel veel.

dinsdag 17 mei 2011

Weeën

Vandaag was er een conferentie over identiteit en geschiedenis. Daar werden de Rechtvaardigen onder de Volken geëerd - Oekraïners die met gevaar voor eigen leven Polen of joden onderdak boden tijdens de oorlog. Heldenverhalen dus. Want "we kunnen onze identiteit niet bouwen op bloed", aldus een van de sprekers - verwijzend naar mogelijke hulp van Oekraïners bij gruweldaden van nazi's of communisten. Een historicus spreekt bezorgd over de huidige heersers, die van Stalin weer een held willen maken... Zijn de weeën begonnen? In Oekraïne wordt momenteel een identiteit geboren – en ik mag bij de bevalling aanwezig zijn.
Afbeelding: Félix de Boeck, "Barensnood"

maandag 16 mei 2011

Spel

De stad opent haar armen wijd om je te verwelkomen. Haar kastanjes bloeien, haar fonteinen klateren, ze laat haar paardenhoeven over de kasseien draven – en het is rokjesdag.
Wees welkom, reiziger! Geneer je niet, dat je vertrok toen het moeilijk werd. Toen de gure wind door de kieren blies, de wegen kapot vroren. Toen de broodprijs 20 procent steeg, de benzineprijs met eenderde. Ze kijkt je geamuseerd na, bijt de tanden op elkaar en begroet je weer hartelijk als het zomer wordt.
Ze speelt mooi weer. Geen enkele stad ter wereld beheerst dit spel beter dan L’viv. Tot in de finesses - totdat ze er zelf in gelooft. Met zwier leidt ze je rond.

zaterdag 14 mei 2011

Voor Het Eerst

Het was ergens tussen Brzesko en Tarnów toen ik van je hoorde. Ik stond onder de rode overkapping van tankstation Orlen, waar ik juist geïnformeerd had naar een bankautomaat. De verre echo van jouw leven -autonome, onbekende kracht- gematerialiseerd in een paar aarzelende woorden van die o zo bekende vrouwenstem. Onmiddellijk besefte ik dat het Voor Het Eerst was. Dat alles wéér Voor Het Eerst was. Daarna kwamen de alleroudste vragen, de allergrootste zorgen - waarop ik, vreemd gelukkig, gevulde kool met friet bestelde. En warme thee. Om het leven te vieren.

zaterdag 7 mei 2011

Elders

Jawel! Nog één keer wordt dit brakke blogje tot leven gewekt – moeizaam ademend op weg naar de nieuwe website. Halverwege mei ben ik weer op reis in het uiterste oosten van het voormalige Habsburgse keizerrijk. Ditmaal gaat het over Schengen, oosters katholicisme, een vleugje politiek – een klein vleugje maar, ‘want een mens woont in straten en huizen en niet in een regime’ (György Konrád). En hopelijk over vriendschap en vrolijkheid. Er bloeien bloemen op de verschroeide aarde van Kraków, Lviv, Mukachevo, Cluj-Napoca, Sziget, Cernivtsi, Ivano-Frankivsk... Want daar is het Lente; terwijl de aarde elders brandt.

Waarom Lviv?

Mijn foto
Lviv - Lvov - Lwów - Lemberg - Leopolis, Galicië, Ukraine
Lviv is het centrum van alles. Wie het aandurft in de spiegel van Lviv te kijken, zal misschien Europa kennen. De inwoners van Lviv zijn Europese burgers onder een Moskou-gezinde regering. Zij zijn katholiek en pausgezind, maar leven naar de oosterse riten. Hier wonen voormalige Sovjetburgers in de teloorgang van Weense architectuur. Hier zijn de bouwlieden van de rijkdom - Polen en Galicische joden - van de aardbodem weggevaagd. Maar de gebouwen staan er nog, op de grove kartelrand van het westerse Europa – in het grensland bij uitstek: Oekraïne. Het zijn Europeanen die hier wonen. In de angstvallige hoop dat hun Lviv - na het EK Voetbal 2012 - opnieuw de poort naar het Oosten zal worden. In Lviv kijk ik in de spiegel. Zal ik verhalen over wat ik zie. Op deze blog, met filmpjes, in kranten, weekbladen en op de radio. Over de dramatische geschiedenis, het moeizame heden, maar ook over grote verwachtingen. Over de omgang met erfgoed, de nabije grens met Europa, het harde bestaan en... wat we eigenlijk met hen te maken hebben, met die Oekraïners. Of zij met ons. Hoe dan ook, met het oog op Lviv/Lemberg richt ik de blik op Europa.. op onszelf.

Twitter

Volgers